door Jan D. Swart
De vandaag als Tweede Kamerlid beëdigde Joost Eerdmans (bijna ex-fractievoorzitter Leefbaar Rotterdam, nu fractievoorzitter JA21) was van alle kopstukken van de nieuwe verzameling politieke partijen in Den Haag de enige die bij het hopeloze begin van het debat over het wapperende A4-tje van Ollongren (vitale stukken, appjes en smsjes ontbraken) gewoon vroeg: ‘’Kan dan wel alvast antwoord gegeven worden op de vraag, die heel Nederland bezig houdt: wie schreef de tekst: Positie Omzigt, functie elders?''
Daarna keek hij in de richting van het beklaagde bankje en voegde eraan toe: ''Mevrouw Ollongren zit hier nu toch.’’
Maar die vlieger ging niet op. Kamervoorzitter Khadija Arib (PvdA) liet meteen merken hoe de verhoudingen liggen in Den Haag. Nee, zei ze, want dan komen er vanzelf méér vragen.
Weliswaar gaf Arib toe dat de logische debuutvraag van Eerdmans ‘’bij iedereen leefde’’, maar ze was niet eens bereid om het ideetje democratisch aan de Kamer voor te leggen. Ze schorste abrupt de vergadering en wacht nu – net als nieuwsgierig Nederland – af of de ontbrekende vitale stukken (+ appteksten) op tijd kunnen worden aangeleverd om alsnog vanavond in debat te kunnen of anders te wachten tot donderdag.
De Rotterdammer Eerdmans kreeg – opvallend – bij zijn debuutvraag steun van Baudet, die overigens op een andere manier provoceerde. Terwijl zijn microfoon werd gereinigd – in het kader van coronavoorschriften – keek hij zonder naar achteren te stappen wat lacherig naar de dame die dit deed (zo van: voor mij hoeft het niet), om haar vervolgens na arbeid tegen alle regels een soort van schouderklopje te geven. Niemand die er wat van zei. Toen was Arib even niet scherp.